‘Mijn dochter verloor haar kindje’

Een klein, nietig, superlicht veertje kwam onze wereld binnenvliegen. Het raakte velen, velen even aan, en vloog zo bijna vier maanden door het leven, een onuitwisbare indruk makend, totdat het ons plot- seling verliet en onbereikbaar ver naar het licht terugkeerde.

Zelden heb ik zo’n apetrots gevoel ervaren als toen ik de tweeling voor de eerste keer zag. Ze waren er! Onze dochter had het gered: twee superbaby’s! Na een uiterst moeizame zwangerschap, vol zorg, hoop en wanhoop, maakten we kennis met deze wonderschone kindjes. Celeste had direct een lieve, vriendelijke en pittige uitstraling, en Florian was klein en slap, maar zo innemend. In het begin zag je absoluut niet dat hij een downkindje was.

Wij waren dan ook totaal verbijsterd toen de vermoedens hardop uitgesproken werden. Als oma maakte ik me direct grote zorgen. Hoe moest dat nou met dat gezin? Geen rust meer voor de ouders, na al die maanden onzekerheid. Een levenslange taak om voor hun zoontje te zorgen wachtte op hen. Mijn man had een gehandicapte broer en ik heb jaren meegemaakt hoe intens zwaar de verzorging kon zijn in een gezin, naast alle goede momenten uiteraard. Mirjam en Tom gingen er direct voor, en wij als familie maakten

al snel onze plannen wat we met Florian zouden gaan doen in de toekomst. Maar het verdriet van ons gezin groeide de eerste weken per dag. Machteloos moesten we toezien hoe Florian in het ziekenhuis steeds meer bleek te mankeren. De maanden die onze Florian bij ons mocht zijn, waren vaak zeer zwaar. Wij hadden in de familie nog nooit meegemaakt dat een (klein)kindje zulke zware operaties moest doorstaan. Dat hakte er enorm in.

Maar Mirjam en Tom deden het onvoorstelbaar goed. Ze zaten niet bij de pakken neer en vochten verbeten voor en met hun zoontje. Ogenschijnlijk onvermoeibaar zaten ze boven op elke behandeling, eisten uitleg en vroegen vaak of het een standaardbehandeling was of echt noodzakelijk.

Florian leek zich toch redelijk goed te ontwikkelen: ondanks zijn zwoegende borstkas en benauwdheid groeide hij goed. Ik mocht hem vaak de fles geven: het voordeel van oma zijn, al gaf Mirjam hem niet snel uit handen, uit angst voor besmetting met ziektes. Hij kon je peilloos diep aankijken en lief glimlachen, ondanks alle pijn en lichamelijke ongemakken die hij moest doorstaan. Zelfs toen hij op de intensive care in Leiden lag, met talloze draadjes en slangetjes verbonden aan apparatuur, reageerde hij direct op de aanrakingen van zijn moeder. Hij werd rustig door haar stem en glimlachte zelfs toen ze hem even vast mocht houden. Een klein, lief vechtertje was hij zeker!

Als moeder voel je het verdriet van je dochter zo goed. Mirjam wilde eigenlijk niet aangeraakt worden, ik denk omdat ze bang was om in te storten. Uiteraard moet je daar respect voor hebben. Ook kon ze onredelijk uitvallen tegen mij. Dat was soms heel pijnlijk. Je begrijpt je dochter zo goed en aan de andere kant wil je als moeder je kind behoeden en beschermen voor verdriet en alle problemen, haar koesteren en troosten, alles even goed maken met een knuffel. Dat stukje wees Mirjam resoluut af, dat kon even niet meer: ze moest door. Dan maar praktische hulp bieden in de vorm van oppas voor Elinde en Julian, naar het ziekenhuis gaan, op de tweeling passen als ze even iets anders op het programma hadden staan, hand- en spandiensten bij hen thuis.

ALS JE KLEINZOONTJE STERFT

Volkomen uit het niets bereikte ons het bericht dat onze kleine man gereanimeerd werd in het ziekenhuis en dat het er somber uitzag. Omdat wij helaas niet direct in de buurt waren, kwamen we aan op het moment dat Florian al op de behandeltafel lag. Onherstelbaar overleden. Onwezenlijk, verbijsterend.

Het klinkt cliché, maar ik smeekte die avond continu om te mogen ruilen met Florian. Ik zou zo mijn leven hebben gegeven om dat kleine ventje weer terug te krijgen. Het overweldigende verdriet om dat kleine mannetje was ondraaglijk, maar direct ook de pijn en het verdriet om je dochter, om je schoonzoon, om de andere kleinkinderen.

Hoe nu verder? Je wilt zo graag troost bieden, maar hoe? Mirjam was soms radeloos. Wat kun je als moeder anders doen dan meehuilen en mee radeloos zijn. Ook had ze volkomen ten onrechte een enorm schuldgevoel, waar ze de eerste dagen erg mee worstelde. Had ik nou maar… Als ik nou…

Je hebt als moeder geen antwoord op dit grote verdriet. Je staat machteloos. Je dochter zo te zien worstelen met het verlies van haar jongetje is vreselijk. Dat vond en vind ik het moeilijkst. Je kunt, je mag dan als dochter opstandig worden, kwaad, verdrietig en gelaten. Niets helpt tegen de wond die onherstelbaar geslagen is. Misschien dat ooit, eens, de tijd ervoor kan zorgen dat je zonder tranen, met weemoed kunt terugdenken aan je kindje, al zal de pijn blijven, je leven lang.

Toch bracht de tijd tussen het overlijden en de crematie ook positieve ontwikkelingen. Het was goed dat we als familie om elkaar heen stonden. Door praktisch bezig te zijn, kwamen we de tijd tot de crematie door. Mirjam en Tom stonden ons toe actief mee te werken aan het afscheid en om veel aanwezig te zijn in hun huis. Dat was goed. Gewoon er zijn hielp ons allemaal. Ieder pikte zijn of haar taak op. Er was ruimte om te rouwen en ook om te lachen. Florian lag in de box. De eerste dagen pakten we hem vaak op, tot we ons realiseerden dat er echt afscheid genomen moest worden van zijn lichaampje. Hij was er echt niet meer.

Zo groeiden we er allemaal naartoe. Wat is dat overigens goed geweest, om zo vrij met de dood om te kunnen gaan, ook voor de kleinkinderen.

EN NU?

De dichteres M. Vasalis schreef na het verlies van haar zoontje: ‘Lief klein mannetje, ik kan je niet loslaten uit mijn armen, je was zo licht toen je leefde en je bent nu zo zwaar in mijn hart…’

Wat is dat een waarheid gebleken! Nu de eerste maanden voorbij zijn, komt het gemis rauw binnen. Mirjam en Tom en de kinderen zijn er uiteraard nog lang niet, dat zou onmogelijk zijn, daarvoor is de wond te groot.

Tom hebben wij de afgelopen tijden leren kennen als een warm en gevoelig mens met veel geduld. We hebben veel bewondering voor hem gekregen. Mirjam reageert nog altijd wisselend: soms heel verdrietig, soms onredelijk, soms stoer, soms opstandig. Maar ze is een sterke vrouw. Onze Mirjam was zo trots op haar tweeling. Het is en blijft ook oneerlijk dat zo’n klein mannetje het niet gered heeft na zijn verbeten strijd om te overleven. Voor ouders is dat onverdraaglijk.

Maar hun belofte aan Florian om er samen met het gezin weer bovenop te komen en gelukkig te worden, geeft goede moed voor de toekomst. Tweelingzusje Celeste is een heerlijk, vrolijk meisje dat hard groeit. Maar zij zal altijd verbonden blijven met haar broertje, en het is aan ons om dat positief te begeleiden en om haar geen zware last mee te geven in het leven. Zij verdient het, zoals elk kind, om met positieve herinneringen op te groeien tot een gelukkig mensenkindje.

Wij, grootouders, zijn er ook nog niet. Te pas en te onpas schiet je vol. Het kan een muziekje zijn, een uitspraak, iets wat je ziet, een gevoel dat je triggert. Na het overlijden en de crematie heb ik ervoor gekozen om snel weer door te gaan met werken en met zorgen, gewoon om niet te veel te hoeven nadenken, op de automatische piloot. Geregeld komen de nachtmerries van die zwarte tijd terug en komt het verdriet naar boven borrelen. Daar moet je dan aan toegeven, al doet het pijn. Ieder rouwt op zijn of haar manier. Je kunt eigenlijk als grootouders er alleen maar zijn voor het gezin, klaarstaan voor als ze je nodig hebben, op wat voor manier dan ook:

Praktische hulp en adviezen bieden.

Begrip tonen voor alle gemoedstoestanden en tegelijkertijd proberen om je eigen gevoelens niet te verloochenen.

De deur altijd wagenwijd openhouden.

Oog hebben en houden voor ieder persoonlijk in het gezin, zeker voor de kleinkinderen.

En ook positief blijven, al is dat soms moeilijk.

Ik ben blij en dankbaar dat we Florian in ons midden gehad hebben, dat we hem hebben leren kennen. Zo klein als hij was, heeft hij ons allemaal geraakt met zijn aanwezigheid. Hij heeft ons doen inzien dat het allemaal niet zo logisch is om gezond te zijn. Ik had hem zo graag nog lang bij ons gehad, maar helaas, zijn lijfje kon het leven niet aan.

Dag lieve Florian, ik mis je. Tot ooit!

Contact

Stichting Nooit Voorbij

Deel deze blog

‘Mijn dochter verloor haar kindje’

Scroll naar boven