Dat families mij toelaten op de meest kwetsbare momenten in hun leven, blijft bijzonder. Hierdoor mag en kan ik de liefde voelen en dus ook vastleggen. Elke uitvaart is uniek en bijzonder. Elk mens, elk kind is uniek, maar soms heb je gezinnen die een plekje in je hart krijgen, zoals de vader, moeder en zus van Sverre. Ook na het afscheid hielden we contact.
Ik werd gebeld door Jim, de uitvaartondernemer van de familie, met de vraag of ik een uitvaart wilde vastleggen. Ik had een drukke week en ik zou op vakantie gaan, dus was het een twijfelachtige nee. Ik vind het lastig mijn grenzen aan te geven. Het ging om Sverre, 12 jaar, vervolgde hij. Sverre had een energiestofwisselingsziekte en is uiteindelijk overleden aan een zware epileptische aanval. Voor mij niet onbekend met mijn 18 jaar ervaring in de zorg en de twijfelachtige nee werd meteen een ja. Dit moest en zou ik doen voor deze familie en ik plande een kennismakingsgesprek. Phoe, dit zou een pittige week worden met twee uitvaarten na elkaar…
Op de dag dat ik ging kennismaken had ik ’s morgens nog een uitvaart en ik zou daarna naar de familie van Sverre gaan. Ik zat na de uitvaart nog even wat te drinken en ik vertelde de uitvaartondernemer dat ik opzag tegen het bezoek dat ik straks moest gaan brengen. Een afscheid van een kind is wel heftig… Hij zei: “Erika, je staat straks met lood in je schoenen voor de deur, maar als je een stap over de drempel hebt gezet zul je ervaren hoe dankbaar de familie zal zijn met je komst.” En zo gebeurde het ook. Ik kreeg nog een paar broodjes mee voor onderweg, maar ik kreeg geen hap door mijn keel en een half uur later stond ik bij Sverre voor de deur…
De tante van Sverre deed de deur open en toen ik eenmaal binnen was, ging het inderdaad vanzelf. De moeder vertelde mij over Sverre, over hoe hij was en over hoe zijn laatste dagen voor zijn overlijden waren geweest, maar ze vertelde mij ook over hun oudste dochter Imre die dezelfde ziekte had als Sverre en al heel jong was overleden. Hoeveel kun je dragen dacht ik nog en hoe moet het voelen voor hun dochter Juliet, die haar oudste zus niet heeft gekend en haar broertje nu al moet missen…
Het moment was daar dat we even bij Sverre gingen kijken. Hij lag in zijn eigen bed in een kamer die met schuifwanden grenst aan de woonkamer. Dat had zijn vader mooi gemaakt, zo was Sverre altijd dichtbij. Hij had 24-uurszorg nodig en kon als hij wakker was meegenieten van de gezelligheid in huis en als hij sliep was er altijd controle. Sverre was gebalsemd en daardoor leek het net of hij sliep. Wat ben je mooi dacht ik steeds, al kon ik je pretoogjes niet meer zien. Door de foto’s en filmpjes die ik al van je had gezien, was het net of ik je al heel lang kende. Ik kon me zo voorstellen hoe jij je bellen blies met je mond en hoe je urenlang met je tuimelaar bezig zou zijn. Wat een mooi ventje, met je mooie volle wenkbrauwen en het kleine moedervlekje op je wang. Wat had ik je graag willen leren kennen, maar ik ben zo dankbaar dat ik jouw laatste momenten thuis heb mogen vastleggen. Je vader was even weg, zo gaat het in de week voor een afscheid. Veel dingen die geregeld moeten worden, want je ouders wilden jou een heel liefdevol afscheid geven en dat heb je ook gekregen. Samen met je zus en je moeder heb ik nog wat liefdevolle herinneringen gemaakt, je was ook nog zo knuffelbaar doordat je gebalsemd was.
De dag van je afscheid waren er donkere luchten en veel regen en wat bleek, dat had Imre zo besteld van daarboven. Het moment dat je uit je bedje moest, brak toch echt aan. Liefdevol, zoals papa, mama en Juliet jou altijd uit je bed of je rolstoel tilden, tilden ze je nu naar je kistje… Papa en Juliet hadden de deksel beschilderd met een grote blauwe tuimelaar, het hele huis stond er vol mee, want wat kon je hiervan genieten. Er werden knuffels en rozenblaadjes om je heen gelegd en op het allerlaatste moment legde je zus nog een rozenblaadje op je neus. Je maakte altijd iedereen aan het lachen en zo was je net een clowntje. Door de tranen kwam een lach op ieders gezicht.
Je werd in je eigen blauwe bus naar de kerk gebracht en op dat moment begon het enorm te regenen. Op de dag van het afscheid van Imre had het ook zo geregend. De hele straat stond vol met collega’s en kinderen van de school van je moeder. Een kippenvelmoment toen je voor de laatste keer de straat uitreed in je eigen blauwe bus en iedereen begon te klappen…
Bij de ingang van de kerk stond een herinneringsboom waar iedereen een herinnering mocht schrijven aan jou om deze vervolgens in de boom te hangen. Ik zag dat sommige kinderen toch nog even naar jou gingen kijken, omdat hun ouders zeiden: “Sverre heeft een rode neus en dat ziet er heel grappig uit.” Er volgde een heel warm afscheid met een traan, maar zeker ook een glimlach en vooral heel veel regen; soms was de dominee niet eens te verstaan. En dan het ‘Hoofd, schouders, knie en teen-moment’, ik werd een beetje overdonderd doordat echt iedereen meedeed, inclusief de dominee. Weer zo’n kippenvelmoment. Ik moest echt mijn best doen mijzelf bij de les te houden, ik wilde je zo graag beter leren kennen. Wat moet het een feestje zijn geweest om jou te mogen begeleiden en te verzorgen, laat staan om jouw ouders en zus te mogen zijn.
En dan komt toch echt je laatste rit in de blauwe bus. Papa en mama en Juliet hebben een mooi plekje uitgezocht vlak bij je zus Imre en we weten zeker dat jullie weer samen zullen zijn. Nog een blik richting de wolken, maar gelukkig, Imre houdt het nu droog. Iedereen strooide bloemblaadjes over je kistje en bij je zus legden we bloemen neer. Ik heb veel momenten gehad dat ik dacht: hoe moet en kun je nou verder als ouders en zus? Ik kan gewoon niet voelen wat de ouders voelen, of hoe het is om je broer of zus te moeten missen. Je kunt meeleven, maar nooit meevoelen. Toch vond ik het ‘fijn’ dat ik een klein onderdeel mocht zijn en dat ik jou, Sverre, een beetje beter heb mogen leren kennen. Daar ben ik je ouders dankbaar voor.