Kort na de geboorte komt Sylvan te overlijden. Lees de blog hier.
Negen weken waren we verder inmiddels.
Negen weken van verdriet, pijn, angst, onzekerheid, onrust en boosheid, en zo zijn er nog heel wat emoties voorbij gekomen de afgelopen tijd. Maar ook de emotie liefde is voorbij gekomen en zal er ook altijd blijven. Liefde voor Sylvan, liefde voor Mylan, liefde voor Mark,
liefde voor mijn familie, liefde voor mijn vrienden en liefde voor de personen die de afgelopen weken veel voor ons betekend hebben. Naast al die nare emoties temoeten ervaren, heb ik gelukkig ontzettend veel liefde mogen ontvangen van
ontzettend veel lieve mensen. Liefde is iets wat iedereen nodig heeft.
Zonder liefde kun je niet gelukkig leven. In een moeilijke tijd zoals deze heb je enorm
veel liefde nodig om te kunnen overleven. Nu helemaal, in deze tijd met Corona.
Ik vind het nogal lastig en weet soms niet zo goed wat ik ermee aan moet. Juist nu heb ik zo hard die sociale contacten nodig en juist nu zijn die zo ontzettend beperkt. Het is zo lastig, want aan de ene kant wil je iedereen om je heen beschermen, want nog iemand verliezen zou mijn hart niet kunnen verdragen op dit moment. Maar aan de andere kant kan ik mezelf op dit moment niet volledig ‘sociaal distantiëren’ van de hele wereld. Dus ja, ik heb een soort van tussenweg
gekozen om het voor mezelf in ieder geval draaglijk te maken. Gelukkig hebben we tegenwoordig allerlei mogelijkheden om contact met elkaar te hebben, maar dat is absoluut niet hetzelfde als een echte knuffel van iemand. Daarom probeer ik maar extra te genieten van de knuffels van degenen van wie ik ze wel kan
ontvangen. Als het straks weer mogelijk is haal ik al die andere knuffels maar dubbel en dwars weer in. Want we komen er nu pas echt achter hoe belangrijk dat fysieke contact wel is eigenlijk!
Na Sylvan zijn overlijden, op vrijdag 7 februari, moest er natuurlijk enorm veel geregeld worden voor zijn begrafenis. Nu hoor je altijd van mensen om je heen, die te maken hebben gehad met het overlijden van een dierbare, dat je wordt
geleefd in zo’n week. Nou dat cliché is 100% waar, want jemig wat komt er in zo’n week ontzettend veel op je af zeg! In plaats van dat je nu lekker thuis zit in de kraamweek van je pasgeboren baby, die je normaal in je armen had gehad en
trots had getoond aan alle kraamvisite terwijl je verwend werd door de kraamhulp, ligt je baby nu in het mortuarium. Ondertussen ben je druk bezig
met het regelen van een zo mooi mogelijk afscheid terwijl de kraamhulp dan
maar je huis gaat schoonmaken om jou als gezin zoveel mogelijk te ontlasten.
Totaal niet zoals ik het voor ogen had toen ik zwanger was, want ik had zo
gehoopt op een normale kraamweek in onze eigen fijne omgeving.
Hele dagen waren we druk om van alles te regelen, ik wist niet dat er zo ontzettend veel bij kwam kijken. Maar Mark en ik zijn ook van die types die dan alles tot in de puntjes perfect geregeld willen hebben en het moet echt zo gaan
zoals wij willen. Dat zorgt er op dus ook voor dat je soms extra veel werk hebt
van bepaalde dingen die je moet regelen. Maar we konden dit maar één keer doen. Dus wilden we er voor zorgen dat het dan ook zo zou gaan dat we er met een ‘goed’ gevoel aan terug zouden kunnen denken.
Zaterdag 8 februari, de eerste dag dat we thuis waren na die afschuwelijke dag,
was ik al vroeg wakker geworden nadat ik een heel onrustige nacht had gehad.
Ik lag niet meer lekker en ben maar direct naar beneden gegaan. Ik ben als een zombie op de bank gedoken en zette mijn telefoon van de vliegtuigstand. Ik zag dat ik wat berichten had ontvangen van de fotografe van stichting Still, opende de bestanden en barste in janken uit … Het waren zulke prachtige foto’s, maar ineens kwam het besef weer keihard binnen dat Sylvan er toch echt niet meer was. Ik huilde zo ontzettend hard dat Mark er wakker van was geworden
en naar beneden kwam. Hij kwam naast mij zitten en sloeg zijn armen om mij heen. Die knuffel had ik op dat moment zo hard nodig, omdat mijn hart zo hard huilde van verdriet. Ik liet Mark de foto’s zien en hij huilde met mij mee. Niet
lang daarna hoorden we dat Mylan ook wakker was geworden en al naar beneden kwam. En omdat ik nog heel hard aan het huilen was zei Mark tegen mij: “Wat zeggen we zo tegen Mylan als hij jou zo ziet?” Ik gaf aan dat ik mijn
gevoel volgde en maar gewoon eerlijk zou zijn tegen hem. Ik wilde mijn verdriet
niet verstoppen voor hem omdat ik het belangrijk vind dat hij leert dat verdriet er mag zijn. Want vaak vinden we het heel erg moeilijk om eerlijk te zijn over ons verdriet. We verbergen het voor anderen en doen net alsof er niks aan de
hand is, terwijl je ondertussen zielig alleen in een hoekje gaat zitten huilen zodat niemand jou zo ziet. In de afgelopen jaren heb ik geleerd dat ik dat niet alleen meer doe. Nou ja, natuurlijk doe ik het nog wel eens, lekker ongegeneerd hard
huilen terwijl er niemand is, maar ik laat mijn emoties ook gewoon gaan bij familie, vrienden of soms zelfs bij mensen die verder van mij afstaan en zij vragen hoe het met mij gaat en ik mijn emoties op dat moment niet kan
bedwingen. Als ze vragen hoe het met je gaat … Want ik heb de afgelopen
weken ervaren dat het overgrote deel van de mensen liever niks tegen je zegt,
omdat ze bang zijn dat je aan Sylvan moet denken en er dus verdrietig van wordt. Nou, ik kan je vertellen dat het mij zoveel meer pijn en verdriet doet als er niet naar wordt gevraagd! Dat mensen je er liever niet aan laten denken,
terwijl ik het er juist graag over wil hebben. Ik snap dat het lastig is en dat je vaak niet weet wat je moet vragen. Maar echt uit de grond van mijn hart: ik wil er juist over praten omdat Sylvan ook gewoon een kind is van ons dat erbij hoort
en niet vergeten mag worden. Ook al is hij er in het echt niet meer bij. In mijn hart natuurlijk voor altijd, want het is gewoon ook een kind van mij. Misschien niet een kind waarvoor ik nu kan zorgen, maar wel een kind dat ik voor altijd
met mij mee draag in gedachten. En ik heb hem wel acht maanden bij mij gedragen, gezien en gevoeld. Acht maanden waarin we ons verheugd hebben op ons tweede kindje. Acht maanden waarin we ons voorbereid hebben op weer
een baby’tje in huis, acht maanden waarin we Mylan hebben voorbereid op dat hij grote broer zou worden, acht maanden vol liefde maar ook vol spanning, angst en onzekerheid helaas … Dus lieve, lieve mensen, neem van mij aan dat
je iemand zijn dierbare nooit moet doodzwijgen alsof diegene niet meetelt omdat hij of zij niet aanwezig is in levende lijve. Dus de vraag “Hoe gaat het met je?” mag je zeker wel stellen, als je het maar oprecht meent en dus ook echt wilt
weten hoe het met diegene gaat. Dat je die vraag niet puur uit beleefdheid stelt. Je kan ook zeggen: “Mag ik vragen hoe gaat het met je gaat?” Zodat diegene je op dat moment ook kan aangeven er wel of geen behoefte aan te hebben om er
over te praten. Nog beter en wat meer gericht op het moment is de vraag: “Hoe gaat het NU met je?” De vraag “Hoe gaat het met je?” is zo algemeen eigenlijk. Want de ene dag gaat natuurlijk beter dan de andere dag. Dus die vraag
beantwoord ik dan ook bijna standaard met: “Ja, met ups en downs hè, de ene dag beter dan de andere … “ En “Ik weet niet wat ik moet zeggen”, vind ik altijd nog beter dan helemaal niks zeggen. Omdat je dan gewoon eerlijk bent over je
onmacht en in ieder geval laat blijken dat je wel iets zou willen zeggen, maar er niet de juiste woorden voor hebt. Maar denk in ieder geval niet “Ik begin er maar niet over, want dan herinner ik haar eraan en ze is net zo vrolijk vandaag.” Je
hoeft mij er niet aan te herinneren dat ik Sylvan verloren ben, want dat verdriet draag ik voor altijd bij me! Als ik er niet over zou willen praten, dan geef ik het op dat moment wel aan. Maar meestal ben ik dankbaar dat je erover begint
omdat ik, omgekeerd, jou er eigenlijk niet mee lastig wil vallen. De rest van de week werden we geleefd door alleen maar regeldingen. Mylan
was dat weekend even bij Mark zijn zus, zodat wij alles rustig konden regelen en Mylan er niet de hele tijd mee geconfronteerd zou worden.
Zaterdag 8 februari begon het eigenlijk al, toen kwam de uitvaartverzorger langs. De beste man hielp ons natuurlijk zoveel mogelijk op allerlei vlakken, aangezien we gelukkig nog weinig tot geen ervaring hadden op dit gebied. We
zagen hem die week nog ontzettend vaak. Die avond kwam de directrice van de
school van Mylan langs om even een e-mail op te stellen die naar alle ouders op school gestuurd zou worden. Je wilt natuurlijk niet op school komen en misschien wel enthousiast gefeliciteerd worden door mensen die nergens vanaf weten. Die
e-mail is er dezelfde avond al uit gegaan zodat de ouders al voor de start van de nieuwe week van de situatie af wisten. Zondag kwam de spreekster bij ons langs om door te nemen wat we allemaal
wilden vertellen, laten zien en laten horen. Ze had zich al goed voorbereid met een aantal gedichtjes die ze zelf had gemaakt. Ik was verbaasd over haar voorbereiding, aangezien we die vrijdag ervoor net Sylvan hadden laten gaan. Ze
had een gedichtje gemaakt uit naam van Sylvan en las die aan ons voor …. met tranen bij ons beiden tot gevolg. Ze had het zo mooi gemaakt en het raakte ons zo ontzettend op dat moment, dat ze er zelf ook een traan om moest laten. Ik
vond dat zo bijzonder, want ik houd er wel van als mensen hun emoties durven te tonen terwijl ze als ‘professional’ tegenover je zitten. Dat ze hun ware aard laten zien en zich niet groot houden en zakelijk blijven. Dus vanaf het eerste
moment dat ze dat gedichtje voorlas en haar emoties ook liet gaan had ik al een
enorm goed gevoel bij haar. Wij hadden ook al wat muziek opgezocht en over wat dingen nagedacht wat we graag wilden en legden dat bij haar neer. Zij vulde het hier en daar weer voor ons aan of gaf tips. In de loop van de week kwamen de uitvaartverzorger en de spreekster nog
meerdere keren langs of hadden we telefonisch of via e-mail contact. Maandag 10 februari werd de obductie bij Sylvan gedaan en met de
uitvaartverzorger hadden we afgesproken dat zij Sylvan dinsdag zouden ophalen om hem op te baren in onze woonplaats bij de begraafplaats. Ze zouden ons bellen als hij er zou zijn.
Die dinsdag werden we gebeld dat Sylvan er was en dat ze hem mooi hadden opgebaard. We gingen erheen en gingen naar binnen waar we werden opgewacht door twee uitvaartverzorgsters. Ze gaven ons een hand en ze lieten
ons zien achter welke deur Sylvan lag. We stonden voor de deur en ik voelde de emoties alweer omhoog borrelen. De gedachte “Wil ik hem wel zien, want straks schrik ik van hoe hij eruit ziet”, ging door mijn hoofd en ik barstte weer in tranen
uit. Ik zei huilend tegen ze dat ik bang was voor hoe hij eruit zou zien, omdat ik geen nare beelden wilde overhouden in mijn gedachten. Maar liever de laatste mooie beelden die ik van hem had van 7 februari zonder al die toeters en bellen.
Ze gaven, met een troostende hand op mijn schouder, aan dat hij er heel erg
mooi bij lag en ik mij echt geen zorgen hoefde te maken. We gingen naar binnen
en met een lichte aarzeling liep ik voorzichtig naar Sylvan toe en begon wederom te huilen. De pijn en het besef kwam weer even extra hard binnen, maar toch was ik ook weer blij om hem te zien. Zoals ze zeiden lag hij er inderdaad ‘mooi’
bij. Maar hoe kun je zoiets nou mooi vinden eigenlijk als je kind daar opgebaard
ligt? Ik had hem liever thuis mooi in een wiegje zien liggen … Ik wilde hem aanraken, maar durfde eigenlijk niet zo goed. Bang voor het voelen van een koud en stijf lijfje en dit gaf ik ook aan bij hun. Maar ze gaven aan dat hij nog heel zacht aanvoelde en dit was gelukkig ook zo. Ik aaide hem over zijn wangetje en streelde hem door zijn haartjes en keek vol liefde naar ons mooie mannetje. Het voelde ergens goed om hem weer dichtbij ons te hebben, om hem weer aan te kunnen raken. We hebben een tijdje naar hem staan kijken zonder wat te zeggen en zijn op een gegeven moment weer naar huis gegaan omdat we nog veel moesten regelen.
Die middag hebben we Mylan om 14.15 uur weer opgehaald uit school en
vroegen aan hem of hij bij Sylvan wilde kijken. Hij vroeg waar Sylvan was en wij gaven aan dat hij dichtbij de begraafplaats lag. We zijn erheen gegaan en Mylan liep de kamer binnen en keek vol bewondering naar alles wat hij zag. Ze hadden
het namelijk heel mooi aangekleed allemaal en een mooi wit hemeltje om het mandje van Sylvan heen gezet. Verder hadden ze wat knuffeltjes neergezet en een grote vlinder. “Ooohhhh, wat mooi!”, zei Mylan terwijl hij het in zijn handen
bekeek en deed of de vlinder ging vliegen. Hij zette het weer terug en ging weer naar Sylvan kijken en zei toen heel voorzichtig: “Mag ik hem een kusje geven?” Het deed mijn hart smelten op dat moment. Dat je gewoon ziet dat hij
al zoveel liefde toonde voor zijn kleine broertje, waarbij hij waarschijnlijk nog steeds niet echt besefte dat dit straks een van de laatste keren was dat dit in het echt zou kunnen. Het deed mij goed om te zien dat hij het niet eng of raar vond,
maar dat hij er gewoon best normaal mee omging. Ik gaf bijvoorbeeld van tevoren aan dat hij wel koud aanvoelde. Wij als volwassenen weten dat een overleden persoon koud aanvoelt en vinden dat vaak geen pretje. Althans, ik in
ieder geval niet. Maar Mylan zei gewoon: “Oh ja, hij voelt koud”, waardoor ik besefte dat het hem nog niet zoveel zei.
We gingen weer naar huis, maar niet voordat Mylan nog een aantal kusjes aan
zijn kleine broertje had gegeven.
Donderdag, de dag voor de begrafenis, hebben Mark en ik samen met Sylvan nog een handbeeldje laten maken. We hadden van de fotografe van Still een tip gekregen om dit te doen en hebben dit dus geregeld omdat het ons een erg mooi aandenken leek. En het is iets tastbaars wat je dan nog hebt. Ik was blij dat we dit nog konden doen, maar vond het ook wel erg lastig om te doen omdat we Sylvan wel uit zijn mandje moesten halen omdat onze handen in een emmer
moesten. Ik had bewust al een omslagdoek meegenomen om hem in te kunnen doen, omdat ik zijn koude lijfje niet teveel wilde voelen en ik bang was dat ik teveel van de obductie zou kunnen zien. En ook hierbij wilde ik graag de fijne
beelden van hem in gedachten houden. Het voelde eerst erg ongemakkelijk en gek, maar op den duur begon het toch weer gewoon te voelen om je
kindje in je armen te hebben en werden we er steeds meer ontspannen bij. Het
was even zoeken naar de juiste houding om onze handen zo mooi mogelijk in de emmer te kunnen krijgen, maar na wat gezoek lukte het uiteindelijk en hoopten we dat het resultaat ook alle moeite waard zou zijn. En nou, dat is het
uiteindelijk zeker geweest, want inmiddels hebben we het beeldje binnen en het is echt prachtig geworden!! Het ziet er zo ongelooflijk echt uit! Je ziet alle rimpeltjes en adertjes en nageltjes. En het is zo fijn om nog iets tastbaars te
hebben.
Die ochtend hebben we ook alles nog even doorgenomen in de aula waar de
dienst de volgende dag zou zijn. Daarna zijn we naar huis gegaan om het laatste
af te maken en hebben we die middag vrij weinig gedaan. We waren allebei een
beetje op van al het geregel die hele week en wilden even rust aan ons hoofd
hebben aangezien we wisten dat het die dag erna een heftige en intense dag zou
worden.
wordt vervolgd..